Wat zijn belemmerende overtuigingen en hoe ontstaan ze?

Overtuigingen zijn zinnen (gedachten) die in je hoofd zitten, die steeds weer door jezelf en in jezelf herhaald worden. Een overtuiging bepaalt hoe we ergens op reageren of hoe we handelen. Overtuigingen kunnen stimuleren maar ook belemmeren. Stimulerende overtuigingen vergroten je zelfvertrouwen en je zelfbeeld. Belemmerende overtuigingen zorgen juist voor een negatief zelfbeeld en verkleinen je zelfvertrouwen. 

Vaak ben je je niet bewust van deze  overtuigingen maar handel je er wel naar. Juist omdat je je er niet bewust van bent, kunnen belemmerende overtuigingen je leven beïnvloeden op een minder rooskleurige manier en leef je niet vanuit je gevoel.

wat zijn belemmerende overtuigingen

Bij Emotivators help ik cliënten met het vinden en duurzaam oplossen van hun belemmerende overtuigingen. Als je innerlijke criticus (zoals het ook wel wordt genoemd) stil is, of als je er niet meer naar hoeft te luisteren, heb je immers de regie over je eigen leven weer terug. Een geweldig bevrijdend gevoel geeft dat. Los komen van de denkbeelden die je beperken in je doen en laten, die je (vaak onbewust) belemmeren in je ontwikkeling, in het genieten, in je gewenst gedrag. Je kan er flink last van hebben, veelal zelfs ongemerkt. Iedereen heeft ze, maar hoeveel en hoezeer ze je leven beïnvloeden verschilt enorm.

In de zoektocht naar een goede beschrijving over hoe deze overtuigingen zijn ontstaan, kwam ik het boek Illusies van Ingeborg Bosch tegen. Haar uitleg sprak mij aan omdat ze het goed kon visualiseren. Hieronder een korte samenvatting over hoe belemmerende overtuigingen in ons hoofd komen. 

Enkele voorbeelden die ik tegenkom in mijn praktijk

Hiernaast zie je enkele voorbeelden van belemmerende overtuigingen.  Ze komen in allerlei varianten voorbij en hebben een grote impact op je doen en laten. Ze geven je een rotgevoel over jezelf en ze weerhouden je ervan om in actie te komen en je dromen waar te maken. In plaats daarvan dwingen deze gedachten je om een veilige loopbaankeuze of partnerkeuze te maken.  Kortom: ze brengen je tot stilstand, beperken je keuzevrijheid en ondermijnen je werkgeluk. 

  • Ik kan niet kiezen.
  • Ik moet perfect zijn.
  • Niemand zit op mij te wachten.
  • Ik moet socialer zijn.
  • Ik ben niet goed genoeg, anderen zijn veel beter.
  • Bij mij gaat altijd alles verkeerd.
  • Ik moet het alleen doen
  • Ik mag niet falen
  • Ik ben een slappeling
  • Eigenlijk kan ik dit allemaal niet

Hoe ontstaan belemmerende overtuigingen?

Je (kern-)overtuigingen ontstaan vaak al op jong leeftijd. De positieve en negatieve opmerkingen die je kreeg (o.a. van ouders, vriendjes, familie of docenten) vormen jouw waarheid. Op basis van onze ervaringen en gedachten trekken wij bepaalde conclusies. Uit deze conclusies ontstaan je overtuigingen. Zowel de helpende overtuigingen als de belemmerende. Vanaf dat moment zijn ze voor jou zekerheden, waarheden waarop je verder bouwt. En zo bekrachtig je ze keer op keer, en wordt het steeds lastiger om ze op latere leeftijd nog te veranderen. Dat verklaart ook waarom kinderen veel minder sessies nodig hebben om er vanaf te komen. Vaak voldoen 1 of 2 sessies voor kinderen tot 12 jaar.

Schematische uitleg van het ontstaan

hoe ontstaan belemmerende overtuigingen en gedragingen

Hiernaast is schematisch weergegeven hoe de ontwikkeling van ons bewustzijn verloopt.

1. Als pasgeborene dringen alle signalen die via de zintuigen binnenkomen door in je bewustzijn (de cirkel vertegenwoordigt het bewustzijn). Dit kunnen geuren, beelden, geluiden, aanraking, smaak of vanuit het eigen lichaam zoals honger en pijn zijn. En daar worden die signalen afhankelijk van het ontwikkelingsniveau van het kind verwerkt (een zuigeling zal honger bijvoorbeeld anders ervaren dan een kleuter).

Al snel gebeuren er dingen die levensbedreigend zijn. Gebeurtenissen die direct tot onze dood zouden kunnen leiden, zoals een tekort aan voedsel of fysieke mishandeling. Ook gebeurtenissen die op zichzelf niet levensbedreigend zijn, maar waarvan de betekenis achter de gebeurtenis dat wel zou zijn als het kind deze betekenis volledig tot zich door zou laten dringen, zijn voor een kind echter ook levensbedreigend. Deze gebeurtenissen worden in het schema als bolletjes voorgesteld.

2. Om te overleven deelt het bewustzijn zich (verdringing van de pijn en haar oorzaak). Het besef niet te krijgen wat het nodig heeft, zou voor het kind een te grote psychische klap betekenen. Voor een kind is het besef dat de ouders het niet geven wat het nodig heeft, niet te verdragen, niet te verwerken. Dit in tegenstelling tot niet-bedreigende signalen, die wel verwerkt wordt en een plek kan krijgen. Dit omdat het kind zich niet kan onttrekken aan de situatie. Goed om te realiseren dat het jonge kind geen tijdsbesef heeft en de tijdelijkheid van de situatie niet kan realiseren. Om hier  mee om te kunnen gaan, heeft het bewustzijn het vermogen om zich te splitsen. Een zeer traumatische geboorte of sterk afwijzende houding van de moeder tegenover het kind kan de oorzaak zijn van een hele vroege splitsing in het bewustzijn.  Het gevolg van de splitsing van het bewustzijn is dat de levensbedreigende waarheid kan worden verdrongen. We vegen de waarheid als het ware onder het kleed en doen alsof ze niet bestaat. Zoals de bacterie of het virus wordt ingekapseld en afgevoerd door ons immunsysteem, zo worden de psychisch schadelijke indringers ingekapseld in een daartoe speciaal bestemd deel van ons bewustzijn. Helaas kan die echter niet afgevoerd worden.

Door de splitsing ontstaat er ook een deel zonder pijnlijke waarheden, waarin het lijkt alsof er niets ergs aan de hand is. Het is aan dit deel van het bewustzijn van het kind te danken dat kinderen zelfs in de gruwelijkste omstandigheden (verlies van ouders, mishandeling, misbruik, etc) blijven lachen, spelen en doen alsof het allemaal wel meevalt. En daar zelf ook (lang) in blijven geloven.

3. Er wordt een muur van afweer opgebouwd om de verdringing van de levensbedreigende waarheid extra veilig te stellen. Naast de splitsing van het bewustzijn treedt er nog een ander mechanisme op: ontkenning. We vegen dus niet alleen iets onder het kleed, maar ontkennen vervolgens ook dat er iets onder het kleed ligt. Afweermechanismen bestaan uit ontkenning van de waarheid. Voor kinderen is dit van groot belang, zolang ze voor verzorging of in emotioneel en financieel opzicht* van hun ouders afhankelijk zijn. Dit is een teken van een gezond psychisch immuunsysteem. Er ontstaat het onderscheid tussen het KB (Kind Bewustzijn) en het VB (Volwassen Bewustzijn).

*) Vaak zijn mensen rondom het dertigste levensjaar, ongeacht achtergrond of ontwikkelingsniveau, voor het eerst in staat de pijnlijke oude realiteit toe te laten. 

belemmerende overtuiging lading gedraging trigger alarmsysteem

4. De splitsing van ons bewustzijn maakt ons gevoelig voor triggers (T). Een trigger is iets wat ons, zonder dat we ons daarvan bewust zijn, doet denken aan de oude verdrongen gebeurtenissen. Een trigger kan een persoon of gebeurtenis zijn, maar ook een object, een liedje, een film, etc. Dat iets ons onbewust kan herinneren aan wat eerder is gebeurd, heeft te maken met de werking van de hersenen. Er staat constant een soort monitor aan terwijl we ons leven leven. Die monitor is gekoppeld aan de opslagplaats van beladen emotionele herinneringen (de amygdala) en functioneert volledig zonder dat we ons daarvan bewust zijn.

Tot op het moment dat de monitor iets in het heden meent waar te nemen wat overeenkomt, hoe klein ook, met een van de emotioneel beladen herinneringen (ladingen) in de opslagplaats. Op dat moment wordt razendsnel een signaal doorgegeven aan het alarmsysteem van de opslagplaats. Lang voordat de ‘hogere hersenen’ (de neocortex) de kans hebben gehad om zich met de zaak te bemoeien.

5. Het systeem werkt dus dankzij een razendsnelle reactie op dreigend gevaar. Daarin ligt zijn kracht, maar tegelijk ook zijn zwakte. Sommige situaties die niet (meer) levensbedreigend zijn, worden namelijk wel als zodanig aangemerkt. Met als gevolg allerlei niet-passende reacties (R) doordat het alarm ten onrechte is afgegaan. Dit proces gaat gepaard met lichamelijke reacties (variërend van lichte spanning tot extreme paniek, boosheid of apathie) waar we geen greep op hebben. Die combinatie van een reactie in je lijf, de emotie die je daarbij voelt en het gedrag wat je daarbij vertoont noemen we een gedraging.

6. Middels de 8-stappen methode ruimen we samen jouw ladingen en gedragingen 1 voor 1 op. Op deze manier is het niet meer mogelijk voor een trigger om vat te krijgen op je gedrag. Je alarmsysteem zal niet meer ongewild afgaan. En zo wordt je niet meer geraakt in je oude pijn, je belemmerende overtuigingen.  Jouw afweermechanisme treedt niet meer ongewenst in werking. Zo krijg je de regie over je leven weer terug en wordt je elke keer meer jezelf en kan reageren zoals je zelf wil in situaties die vroeger een trigger voor je waren.